Parijs 2024: voorbeschouwing 100 meter mannen

Op zondag 4 augustus om 21.50 uur staan de acht snelste mannen ter wereld in het Stade de France achter hun startblok klaar om te strijden om de titel Olympisch kampioen 100 meter 2024. In volle concentratie doorloopt iedere sprinter in zijn hoofd nog één keer de race die kan leiden tot levenslange beroemdheid wanneer hij binnen zo’n kleine 10 seconden na het startschot als eerste de finish passeert. Jarenlange training gaat hieraan vooraf en dan nog is deelname aan dit toernooi alleen enkel bereikbaar voor zeldzaam getalenteerde sprinters. In de finale staan mannen die behalve dit talent en de keiharde training het ook gelukt is om dit jaar fit en gezond te blijven.
Tijdens de Olympische Spelen in Tokio werd dit onderdeel verrassend gewonnen door de Italiaan Lamont Marcell Jacobs, die ogenschijnlijk uit het niets won. Het post-Bolt tijdperk was sinds 2017 begonnen en er was nog niemand opgestaan die in staat was dit onderdeel gedurende lange periode te domineren. Wellicht wordt hier nu verandering in gebracht door de Amerikaan Noah Lyles, de wereldkampioen van 2023 op de 100 meter, 200 meter en 4×100 meter die vastbesloten is om minimaal drie keer goud te halen in Parijs. Er liggen echter behoorlijk wat kapers op de kust. In dit artikel doe ik een voorspelling voor de acht finalisten en beschrijf ik hun grootste uitdagingen. Ik doe dit door een link te maken met hun motorische voorkeuren die ik op basis van observaties achterhaald heb.
Ik maak hierbij gebruik van de motorische profielen die Theraulaz en Hippolite in hun revolutionaire boek La bible de préférences motrices (2021) hebben gedefinieerd. Omdat het te ver gaat om het complete profiel per sprinter te beschrijven, zal ik enkele dimensies toelichten. Voor de experts zal ik achter de naam van de sprinters de coderingen van het motorische profiel zetten zoals die door Theraulaz en Hippolite gehanteerd worden. Daarnaast zal ik refereren aan spierketendominantie, type motoriek en hersenhelftdominantie. Wat betreft spierketendominantie wordt gebruik gemaakt van de inzichten van Sohier en Haye (1989) die looppatronen waarbij de voorste spierketen dominant is definieerden als walking from the bottom en looppatronen met een dominante achterste spierketen als walking from the top. Grindle en zijn collega’s herdefinieerden in 2016 deze termen als terrestrial en aerial. Voor de meeste atleten en atletiektrainers geldt dat zij bekend zijn met deze dynamieken en het vaak hebben over pushers en pullers. Daarnaast kan een sporter een voorkeur voor de inzet van grove of fijne motoriek laten zien. Beide type motoriek zijn nodig om tot goede bewegingsoplossingen te komen. Echter probeert een sprinter met voorkeur voor de inzet van grove motoriek de vrijheidsgraden in de heupen en sporters met voorkeur voor de inzet van fijne motoriek de vrijheidsgraden in de enkels zo optimaal mogelijk te benutten. En wat als trainer heel belangrijk is om te beseffen; daar waar de motoriek geoptimaliseerd wordt is de sensoriek bovenmatig aanwezig. Zo zal een sporter met voorkeur voor de inzet van grove motoriek het vaak over de inzet van de heupen hebben, terwijl de fijnmotorische sporter vooral bezig is met de plaatsing van de voeten of handen. Daarnaast zien we in de uitvoering van de beweging een duidelijk verschil tussen sporters met een dominante linkerhersenhelft en een dominante rechterhersenhelft. Vanwege het sequentiële karakter van de linkerhersenhelft zien de bewegingen er over het algemeen wat houterig uit, terwijl deze bij rechterhersenhelft dominante atleten veel vloeiender ogen.
Maar goed, terug naar die finale in Parijs. Laat ik starten met mijn voorspelling voor het podium:
- Noah Lyles – USA (G1)
Ondanks dat deze 27-jarige Amerikaan niet de aanvoerder van de seizoenranglijst is, verwacht ik hem op het hoogste schavot in Parijs. De huidige wereldkampioen is superieur in de tweede helft van de race met een topsnelheid van meer dan 12 meter per seconden. Daarnaast is hij met name in de laatste 20 meter in staat is om veel in of uit te lopen op de concurrentie. Lyles laat een grofmotorische sprintstijl zien die zeer vloeiend oogt waarbij de hoge hoeksnelheid van de strekking van de heupen opvallend is, zeker omdat hij dit combineert met een grote range of motion. Hierin schuilt ook zijn valkuil en dit was duidelijk zichtbaar tijdens de finale van de wereldkampioenschappen indoor op de 60 meter eerder dit jaar. De start is namelijk zijn zwakste onderdeel en kan daarom zorgen voor onzekerheid. Tijdens deze finale, en in het verleden bij meerdere races, resulteerde dit tot een excessieve heupstrekking bij de afzet uit het startblok waardoor deze te lang duurde en hij niet in staat was de timing van de volgende passen goed te krijgen. Dit resulteerde in een achterstand die hij niet meer goed kon maken. Wanneer hij op 4 augustus in staat is om deze valkuil te vermijden en hij na 50 meter in de buurt van de concurrentie zit, zal hij onverbiddelijk hard toeslaan op de laatste 20 meter. Gezien zijn ervaring, leeftijd en vertrouwen dat hij opgedaan heeft door vaak internationale wedstrijden en kampioenschappen te lopen, verwacht ik dat hij mentaal in staat is om het beste uit zichzelf te halen op het moment waarop het moet gebeuren.
- Oblique Seville – Jamaica (C3)
Ondanks dat Seville slechts 23 jaar oud is, heeft hij al twee vierde plaatsen op het wereldkampioenschap 100 meter op zijn naam staan. Deze Jamaicaan heeft een Justin-Gatlin-achtige start die hem meestal snel aan de leiding brengt. Seville is een fijnmotorische sprinter, die hij aanstuurt vanuit een dominante achterste spierketen. Hij is de enige sprinter die dit seizoen Noah Lyles verslagen heeft. Echter moet hierbij aangetekend worden dat dit op zijn thuisbaan in Kingston was. Sterker nog: Seville heeft dit seizoen maar een beperkt aantal wedstrijden gelopen en die vonden alle plaats in Kingston. Duidt dit op fysieke ongemakken of op een gedegen, intensieve voorbereiding? Gezien de wedstrijdresultaten lijkt het laatste het geval te zijn. Seville is zeer goed in het sturen van horizontale krachten op de baan, waarbij het managen van de verticale krachten soms een uitdaging is. Dit kan ertoe leiden dat na 80 meter de lichaamshouding rechtop niet meer gehandhaafd kan worden en het lijkt dat hij te vroeg aan het finishen is. Tijdens de Jamaicaanse kampioenschappen liet hij zien goed met deze uitdaging om te kunnen gaan, maar lukt dit ook op het allerhoogste podium zonder dit geoefend te hebben in de Diamond League?
- Kishane Thompson – Jamaica (D4)
Thompson is een 23-jarige Jamaicaan die aan het einde van vorig seizoen na een onopvallende carrière ogenschijnlijk uit het niets doorbrak met een tijd van 9,85 seconden en dit jaar de Jamaicaanse kampioenschappen won in 9,77 seconden, wat tot op heden de snelste tijd in de wereld van dit seizoen is. Thompson is een fijnmotorische sprinter met een dominante linkerhersenhelft waardoor zijn sprintstijl wat minder vloeiend oogt, maar dit doet niets af aan de effectiviteit van zijn passen. Deze zijn namelijk zeer krachtig en zijn voetplaatsing is uitstekend getimed waardoor hij tot een zeer hoge topsnelheid kan komen. Wellicht is hij als enige in staat om Noah Lyles hierin te overtreffen. Waarschijnlijk is hij de meest complete 100 meter sprinter in het deelnemersveld omdat hij heeft laten zien zowel de start, acceleratie, topsnelheid en snelheiduithouding uitstekend te beheersen. Echter heeft hij geen ervaring met presteren op internationale kampioenschappen en dus zeker niet als favoriet. Daarom kijk ik reikhalzend uit naar het moment dat Thompson na 80 meter op kop ligt en bedreigd wordt door een opkomende Noah Lyles. Weet hij de ontspanning te behouden? Of zien we een schichtige blik zijwaarts, waarna we een verstijving zien in zijn handen en onderarmen gevolgd door een verminderende timing van de klappen die zijn voeten op het tartan maken?
De overige finalisten:
- Letsile Tebogo – Botswana (C1): Een veelzijdige sprinter die dit jaar net iets te weinig topsnelheid lijkt te hebben voor een podiumplaats en het op de 200 meter Noah Lyles ontzettend moeilijk gaat maken.
- Ferdinand Omanyala – Kenia (G3): Een explosieve, sterke sprinter met een indrukwekkende start en acceleratie. Het lukt hem steeds vaker om dit door te zetten naar een goede topsnelheid, maar hij heeft dit tot nu toe nog nooit op een internationaal kampioenschap laten zien.
- Akani Simbine – Zuid-Afrika (G4): Een zeer ervaren sprinter die bij de laatste 5 mondiale toernooien elke keer in de top 5 geëindigd is en dit waarschijnlijk weer zal doen.
- Kenny Bednarek – USA (G1): Een specialist op de 200 meter die op de Amerikaanse kampioenschappen liet zien ook de 100 meter onder de knie te hebben. Op basis van zijn fitheid en consistentie zou hij voor het eerst ook een finaleplaats op de 100 meter kunnen veroveren.
- Lamont Marcell Jacobs – Italië (D2): De regerend Olympisch kampioen die al jaren worstelt met zijn fitheid. Lijkt tot nu toe tekort te komen voor een finaleplaats, maar zowel Jacobs als coach Reider hebben in het verleden aangetoond uitstekend op een groot toernooi te kunnen pieken.
Voor Ackeem Blake (D4), Fred Kerley (D2), Andre De Grasse (G1), Zharnel Hughes (D4), Abdul Sani Brown (G3) en Benjamin Richardson (R3) geldt dat ik verwacht dat zij ondanks een tijd onder de 10.00 seconden de finale gaan missen.
De 100 meter voor mannen is een uiterst competitief onderdeel dat, vanwege zijn toegankelijke karakter, door sporters uit meer dan 190 verschillende landen wordt beoefend. Dit jaar hebben maar liefst 30 sprinters de ooit magische grens van 10 seconden doorbroken. Alle (halve) finalisten zijn extreem getalenteerde en goed getrainde sprinters. Bij elke Olympische 100 meter finale blijken mentale vaardigheden de doorslag te geven. Voor de buitenstaander lijkt Noah Lyles de beste papieren te hebben. Maar of dat daadwerkelijk zo is, zullen we zien op zondag 4 augustus om 21.50 uur.
Referenties:
Sohier, R., Haye, M. (1989). Die zwei Gangarten der “menschlischen Maschine”. Manuelle Medizin
Gindre C, Lussiana T, Hebert-Losier K, Mourot L. (2016). Aerial and terrestrial patterns: a novel approach to analyzing human running. Int J Sports Med.
Theraulaz, B., Hippolite, R. (2021). La bible de préférences motrices. Amphora.